Meegenomen door een lichte, zachte kracht,
krachteloos, even gedachteloos
naar een plek, bladstil en vogelvrij
waar wuivende populieren in een weiland,
ruisend gehoorzamen aan de stem van de wind,
waar het soms zo woedende water nu zachtjes kabbelt,
geen schijn van vrees of van zijn allesvernietigende kracht
geen spoor van strijd op het slagveld verderop
geen tijd om stil te staan bij het verstrijken van de uren,
niet willen zoeken naar iets beters,
even verdwaald
regendruppels die zich aarzelend terugtrekken in de wolken
en vervolgens zonnestralen wenken om zich eens te laten zien
geen spoor van geweld,
geen tijd om de tand des tijds te voelen
geen schijn meer van verwildering
geen verlangen naar verandering
nergens duisternis
totdat de adem van het warme ochtendgloren,
je weer meedogenloos terug laat keren…
Mireille de Muijnck
Achtergrondinformatie gedicht:
“Tijdens de workshop leerden we over bloemrijk taalgebruik. Ik heb in mijn gedicht op klank en metrum gelet. Populieren vind ik bijvoorbeeld een mooi woord, dat ook mooi klinkt en in het metrum past. Ik heb gelet op herhaling en het neerzetten van een bepaald beeld”